Laurence Machiels
Groenjournalist - tuinexpert
Composteren is een heel natuurlijk proces, dat heeft zijn tijd nodig. De bacteriën en schimmels en allerlei beestjes moeten de tijd hebben om tuinresten om te zetten in humus. In een professionele compostinstallatie wordt er extra warmte en vocht toegevoegd om dat proces te versnellen, maar in je eigen tuin gaat dat niet.
Het principe van een composthoop is eenvoudig: je gooit er je tuin- en keukenresten in, en wormen, insecten, bacteriën en schimmels, eten het afval op, en aan het einde van dat verteringsproces houd je kruimelige humus over.
Composteren gebeurt in 3 stappen. Je hebt dus 3 hopen of bakken nodig.
- Een eerste bak waar al de verse resten ingaan: gras, haagsnoeisel, groenteresten, koffiegruis, … gemengd met droog materiaal zoals herfstbladeren, of droge stengels van vaste planten en siergrassen. Je mag dat gewoon allemaal door elkaar gooien, maar de compostering gebeurt het snelst als je 1 deel groen met 2 delen bruin materiaal mengt. Als je veel grasmaaisel hebt en maar af en toe wat droge bladeren, dan gaat de hoop verhitten, schimmelen en ligt het productieproces stil.
- Die mengeling laat je een jaar liggen, en de natuur gaat nu voor jou aan het werk. Jij hoeft niets te doen. Dus ook niet de hoop te keren. In het bos wordt er ook niets gekeerd, en toch ligt het er vol perfecte humus. Na ongeveer een jaar zijn alle resten verteerd.
- Ondertussen vul je een tweede bak, weer met verse tuinresten. Daar doe je precies hetzelfde. De tweede bak laat je opnieuw rusten, en je start een derde bak op. En zo draai je de hele tijd door. Het duurt soms 2 tot 3 jaar voor je je eerste fijne compost 'oogst' maar daarna heb je elk jaar een verse voorraad. Al zijn er wel wat voorwaarden.
Je compostbakken moeten in de (lichte) schaduw staan. Het grootste probleem van een composthoop of -bak is dat hij uitdroogt. Daarom zet ik langs de wanden karton, van dozen of grote vellen die tussen de lagen water- en melkverpakkingen in de supermarkt liggen. Ook vanboven leg je karton, of bladeren van de rabarber.
TIP. Plant een pompoen bovenop je hoop. Maak een gaatje in het karton. De pompoen gaat voor klimaatregelaar spelen: hij houdt met z’n bladeren de temperatuur gelijkmatig, en onder het karton en de bladeren blijft de compost mooi vochtig. De regen kan door het karton, maar het vocht in de hoop verdampt niet. En een pompoen verstopt die minder mooie hoop. Verwacht je aan een grote oogst: de plant vindt massa's voedingsstoffen in de compost-in-wording!
Wil je sneller composteren?
- Hoe fijner de tuinresten, hoe sneller ze verteren. Knip je alles in kleine stukjes, dan gebeurt de omzetting vlugger.
- Schep de compost om. Hoe vaker je de tuinresten keert en mengt, hoe sneller ze verteren. Start je in de lente, dan heb je voor de winter al bruikbare compost. Maar het is natuurlijk wel extra werk.
- Kleine stukjes brandnetels en smeerwortel versnellen ook het proces. Gooi er regelmatig wat van op je composthoop.